Kraamvisite, een zware bevalling

Loekie als ukkieKraamvisite, brrrrrr. Altijd ‘s (na-)middags dus je kunt met goed fatsoen niet om een glas wijn vragen. Papa loopt rond alsof’ ie een burn-out heeft en mama heeft een uitgebluste glimlach om haar lippen. Ze waggelt een beetje wijdbeens en papa zegt met een veelbetekenende blik: “Van voor tot achter uitgescheurd.”

Je ziet dat ze blij zijn dat je er bent. Kunnen ze hun kind eindelijk even afgeven. Als je net zit, voel je wat er gaat komen aan de vragende blik van mama. Je hebt het lef niet haar te beledigen door te weigeren. Dus je knikt voorzichtig ‘ja’. En voor je meervoudigepersoonlijkheidsstoornissen kunt zeggen, propt ze het in je handen.

Slapende armen
Iedere ouder denkt dat je er net zo verliefd op bent als zij. Ze laten je uren met het kind zitten. Je arm slaapt. Je schouder bedreigt je met een peesontsteking en je vertederde glimlach wordt een pijnlijke grimas. Uiteindelijk vind je een makkelijke positie met een kussen onder je arm. En op dát moment krijg je kokend hete koffie boven de splinternieuwe baby geserveerd…

Je wilt liever van het kind af, dan een boer van z’n kiespijn. Hulpeloos kijk je naar mama. Maar die heeft niets in de gaten want ze verwisselt gaasjes omdat haar borsten lekken.

Het scheetje
En dan gaat het los. De wereld om ons heen bestaat niet meer. We praten over het enige onderwerp dat telt. De baby.

“Hij is zó lief, je hebt helemaal geen last van hem.” (Alsof andere kinderen van een week oud de ramen bij de buren ingooien.)
“Je hoort hem niet. Het scheetje. Hij huilt nooit.” Of het afgesproken is, doet het scheetje alsof je z’n oortje er stiekem afdraait. Het zet het op een krijsen. Je krijgt acuut een schuldgevoel want, dat doet’ie anders nooit!

Voorlijker
Met een uitgestreken gezicht verklaren de trotse ouders vervolgens hoe intelligent het kind is. Hij lacht al naar ze. Dat het kind krampen heeft door een allergie voor flesvoeding houd ik voor me. In hun ogen is de baby nu al voorlijker. Wat natuurlijk niet inhoudt dat andere kinderen achterlijker zijn. Deze is alleen béter.

Over 3 jaar vertellen de trotse grootouders dat het kind ontzettend artistiek is. Als bewijs tonen ze dan de ingekleurde tekening van een huis. En warempel, bij de deurknop is hij niet over de lijntjes gegaan! Há, op m’n 2e bóúwde ik huizen.

De bevalling
Maar dat is natuurlijk alleen de inleiding. We komen bij het eigenlijke verhaal. Dat is die week al 83 keer door andere slachtoffers aangehoord. De bevalling!

Geen smerig detail wordt achtergehouden. Elke spetter bloed en klont nageboorte wordt in HD-kleuren beschreven. Met een beetje pech hebben ze er ook nog fóto’s van! Het bederft je eetlust. Toch neem je onhandig een hap van de beschuit met blauwe muisjes.

Per ongeluk vallen er 3 én een brok beschuit in het rechteroogje van het scheetje op je arm. Die stelt zich ontzéttend aan en schreeuwt onmiddellijk moord en brand. Een zegen bij een vloek. Eindelijk neemt papa hem van je over. Hij houdt hem bezorgd in zijn armen. Terwijl hij hem makkelijk op 1 van de wallen onder z’n ogen kwijt kan.

Het is sprekend…
Uiteindelijk de vraag die ik het meest vrees: “Op wie vind je dat hij lijkt?” Het angstzweet breekt me uit. Ik weet geen antwoord. Ik zie dat niet bij pasgeboren baby’s. Die zijn nog zo verfrommeld dat ik alleen maar twijfel tussen een rozijn en een bintje dat te lang in de kelderkast heeft gelegen.

Wat moet je zeggen? Wat willen ze horen? Je weet dat ze het antwoord zelf alláng weten. Ik kies het meest voor de hand liggende.
“Nou, volgens mij lijkt’ie sprekend op z’n vader.” Mama trekt ietwat wit weg. Ze knijpt haar ogen samen en krijgt venijnige lipjes.
“Werkelijk?…. Iedereen zegt dat hij op míj lijkt…” Gepikeerd pakt ze m’n onaangeraakte, ijskoude kopje koffie. “Je hebt je koffie niet opgedronken. Had wat anders genomen als je niet wilde.” Ik schreeuw het bijna uit.
“Doe mij dan maar een vat wijn en een fles wodka!” Maar dat zeg ik natuurlijk niet…

Dus…
Ik doe niet aan kraamvisites. Ik wacht liever tot het kindje in z’n vel gegroeid is en niet meer lijkt op een Shar-peipuppie. Tot mama uitgerust weer een wijntje drinkt. Tot papa ons zonder bloeddoorlopen ogen en paarse kringen bedient. Tot ze het onderwerp baby zelf ook zat zijn en we kunnen lachen om schuine moppen.

Ik kom het liefst na de voeding. Zodat ik geen fles in m’n handen gedrukt krijg om het kind te spenen. Nee, ik loop dan zachtjes naar de babykamer en kijk hoe lief hij slaapt. “Wat een mooi kindje” zeg ik dan. Tenzij het een lelijkerd is. Dan zeg ik: “Wat een lieffie…”

Kinderen zijn énig
Ga nu niet massaal denken dat ik een hekel heb aan kinderen heb! Helemaal niet. Ik ben zelf ook een kind geweest en ik was énig!!!

Ik vind ze op hun leukst als ze beginnen te praten. Zelf draaide ik woorden altijd om. Kat werd tak, mes werd sem en pak werd kap. Dus je kunt je het gezicht van de ober voorstellen toen ik zei dat ik kìp wilde! Als dát geen teken aan de wand was van m’n roze toekomst…

O ja, dat jochie op de foto hierboven. Dat ben ik. En mócht je het je afvragen… ‘Meervoudigepersoonlijkheidsstoornissen’ is volgens Van Dale het langste woord in de Nederlandse taal. Dan steek je toch iets ván me op in plaats van je middelvinger, na dit harteloze verhaal!…

22 gedachten over “Kraamvisite, een zware bevalling

  1. Het was geen harteloos verhaal…..ik voel ernstig mee….maar was jij nou een lieffie of een mooi kindje…..ach weet je…je bent goed opgedroogt!!!! Top weer man!!!!4

    Geliked door 1 persoon

  2. Oh dit is flauw… ik had een minder laaiend enthousiaste reactie gegeven en die is gewoon gedelete!
    Dat vind ik nou kinderachtig.

    Like

Plaats een reactie