Op
mijn werk kwam een berichtje langs. U-Pride nodigde me uit voor een lunch. Voor het eerst dat ik ervan hoorde. Werkgever gemeente Utrecht een roze netwerk? Moet dat nou?!… Maar ik ben homo, eeuwig jong en ik houd wel van een feestje, dus gaan. Laten we eerlijk zijn, een homolunch. Dat klinkt toch een beetje als het foute uur met een broodje glitterbal!
Op naar de 21e verdieping van het fonkelnieuwe Stadskantoor. Even dacht ik dat ik helemaal verkeerd zat. Geen songfestivalmuziek. Geen Abba. Niks. En het leken allemaal nèt normale mensen. Het kon gewoon niet kloppen. Maar de nieuwsgierigheid won en de broodjes lokten als een marinier met verlof. Ik trok de stoute hakken aan, heupwiegde erop af en luisterde.
Roze kop
Blijkt dat er binnen de gemeente plekken zijn waar mensen zich bedreigd en niet vrij voelen. Voor mij moeilijk voor te stellen. Ik voel me nooit onveilig op m’n werk. Als er iemand roept dat’ie geen flikker ziet, steek ik met een luid ‘joehoe’ m’n vinger op. Gewoon voor het geval ze me zoeken. En dan deze verhalen. Van schrik liep ik roze aan en van verontwaardiging kreeg ik acuut een slappe pols! Ik zou agressief worden als ik tegen bloed kon.
Ik heb nog nooit ergens voor op de barricade gestaan omdat dat nu eenmaal moeilijk gaat op stiletto’s. Ik zwaai niet met vlaggen tenzij de kleuren bij m’n kleren passen en om demonstraties geef ik niets. Behalve dansdemonstraties, want wie houdt er nu niet van een vette salsa. Toch bleek een roze netwerk niet overbodig en ik besloot me aan te sluiten bij de club.
Mìts ze feestjes gaven natuurlijk…
Binnen…
Ik laat m’n haar niet verpesten.
Vooroordelen kloppen
Ik geef toe dat sommige vooroordelen kloppen. Ik weet bijvoorbeeld van mezelf ook wel dat ik een uitmuntende smaak in kleding heb. Ik heb natuurlijk niet voor niets jaren in de kast gezeten.
Ze bestaan. Je kunt er niet omheen, Ik heb ze zelf ook. Toen ik er na 26 jaar en 11 maanden achter kwam dat de kast open kon ben ik meteen naar m’n beste vriendin gehuppeld. Deed samen een rosétje en heb haar toen verteld dat ze kon stoppen met hopen. Haar totaal niet verraste reactie was bijna beledigend. Ik vroeg haar dringend me te waarschuwen als ik slappe polsen kreeg. Bang als ik was dat het homofilie-virus enthousiast m’n polsgewrichten weg zou vreten.
Ik
Slappe polsen heb ik niet. Ik gil wel als ik schrik. Ik huil ook om films. Ik ben gek op het songfestival èn op Abba. Ik heb niets met voetbal. Ik heb überhaupt niks met ballen. (Nou ja…) Ik houd er niet van als m’n haar nat regent. Wat op zich weer gek is. Je zou toch denken dat ik er na al die jaren wel aan gewend was om nat te zijn. En, o ja…… ik ben lief voor m’n moeder!
Een gebouw vol familie
Ze lopen dus volop vrij rond in het stadskantoor. Soms opvallend maar meestal niet. Meestal openlijk roze en soms gedwongen muisgrijs. Voor mij een warme gedachte. Zo’n gebouw vol familie. Overal waar ik kijk zie ik nichtjes lopen.
Feest
En nu is het zover. Na een jaar proefdraaien gaat U-Pride officieel van start. In april gebeurt het en ik ben erbij. Als lid, fier rechtop. Als het effe kan sta ik vooraan omdat ik anders alleen tegen ruggen aankijk. En ruggen zijn alleen maar leuk als ze heel breed zijn. Met misschien een regenboogvlaggetje in mijn hand. Als m’n pols dat houdt natuurlijk…
April dus. Alle medewerkers van de gemeente zijn welkom. Oòk normale mensen!